Nieuwsbrief komkommer week 27 2017

Rups:

Het is geheel niet vreemd dat nu, 10 a 14 dagen na de warmste week van het jaar, melding wordt gemaakt van rupsen vraat. Met zowel Nomolt als Steward in het pakket zijn er oplossingen zat. Nomolt met een wachttijd van 3 dagen mag 3 maal per teeltcyclus gebruikt worden en Steward waar 1 dag voor staat maximaal 6 maal per jaar. Houdt echter zoveel mogelijk Steward behandelingen achter de hand om ook wantsen te bestrijden.

Sinds 9 juni dit jaar is ook het middel Altacor in de teelt van komkommers toegestaan. Dit systemische middel heeft een wacht tijd van 1 dag en mag 2 maal (150 gr) per teelt met een maximum van 4 maal per jaar gebruikt worden. Altacor heeft zich in de teelten van tomaat en paprika al bewezen.

Wantsen:

Wantsen hebben de laatste 3 weken de tijd van hun leven. Daarom blijft het advies direct na het poten op met Steward of Gazelle een bestrijding uit te voeren.

Slappe nekken:

In de houdt baarheidsproeven van 14 dagen geleden kwamen in partijen stamvruchten slappe nekken voor. Uiteraard zouden we zeggen. Een gewas dat op de stam vol geladen is heeft maar weinig wortels over om met extreem warm weer nog een rank te maken laat staan om alle vruchten perfect vol te duwen. Meerder avond en een nachtbeurt hadden kunnen helpen om de vruchten op spanning te krijgen.

De kwaliteit van de oude gewassen Proloog is veel minder dan voorgaande jaren. Er wordt de laatste weken veel te veel klasse 2 geoogst. Het donkere, koud voorjaar gevolgd door het licht en de hoge wind in mei in juni afgemaakt door extreme temperaturen is teveel voor Proloog.

Etmaal:

Streef bij net geplante gewassen naar een etmaal van 22 a 22,5 graden. Houdt bij een Sheila 21,5⁰C, Kurios, Roxanna en Lausanna tegen de 22⁰ en bij echte groeiers als SenSere een etmaal van 22.5⁰C aan. Gewas zonder plantbelasting worden met het weer van afgelopen weekend en de daarbij horende lage etmalen modder vet. Wordt de kop van het gewas fijner omdat het vrucht gaat trekken zak dan in de voornacht zo ver dat de kop een gelijke dikte behoudt. In de praktijk zal dit betekenen dat bij een Sheila eerder en dieper weg gezakt zal moeten worden dan bij een SenSere. Houdt de ochtend temperatuur bij dit weer ten alle tijden op 20⁰C met een minimum buis van 50⁰C tot ca. 09.00 uur. De spanning moet van de plant gehaald worden om rotpoten en Mycospaerrella te voorkomen.

Eind van de week worden er weer hogere temperaturen afgegeven, maar wel weer met kans op onweer buien als toegift. Betekent wel dat er veel vocht in de lucht zit en het gewas dus moeilijker het vocht kwijt kan dan 2 weken geleden. Blijf dan ook netjes opstoken naar de ochtend met een voldoende hoge buis. Zoek de verlaging van de etmaal in de late ochtend en de avond.

Meeldauw:

Was de hoeveelheid Mycosphaerrella in het vrucht de afgelopen 2 maanden verwaarloosbaar zo gemakkelijk loopt het met dit vochtige weer in het vrucht. In periode zonder Mycosphaerrella verschijnt er echter meeldauw. Niet voor niets kennen ze onder de lijn Parijs-Praag geen Mycosphaerrella, maar zijn ze verplicht om meeldauw tolerante rassen te telen. Het is er gewoon te droog.

Er is dus volop meeldauw aanwezig. De enige manier om meeldauw in de zomer adequaat te bestrijden is door te spuiten. Bedenk dat een druppel spuitvloeistof uit een LVM 20 tot 30 keer zo klein is als die uit een spuitboom. Een kleine druppel heeft maar weinig temperatuur nodig om te verdampen. En nu hebben de meeste meeldauw middelen juist een lange bladnat periode nodig. Start op jonge gewassen met de zachtste middelen respectievelijk Vivando, Fado en Flint. Schakel bij een toenemende infectie druk over op Fungaflash of om het af te maken Rocket. Collega’s in Engeland hebben goede ervaring met het middel Reflect dat vorig jaar een toelating heeft verkregen. Spaar de Luna voor de periode met veel bloei op stam en/of rank. Dan worden er twee schimmels te gelijk bestreden.

PH spuitvloeistof:

Een aantal jaren geleden melden we al dat in Noorwegen Spint bestreden wordt met een 2.5% oplossing van Groene zeep. In Zwitserland en Oostenrijk gebruiken ze een 2.5% oplossing van een Kaliseife, dus ook een zeep. We weten dat super uitvloeiers als Elasto, swiffer en Silwet Gold op zowel spint en witte vlieg werken. Echter al deze middelen hebben als nadeel dat ze de waslaag van het blad oplossen. En dus bij hoge concentraties en veelvuldig gebruik geeft dat schade aan het gewas.

In een gesprek met een gewasbescherming deskundige kwamen we op Eupareen M. Al jaren niet meer toegelaten in de komkommerteelt,
maar wel effect op meeldauw en spint. Dit terwijl je dat niet zou verwachten, maar het gaf een hoge pH aan de spuitvloeistof. Vanwege dit feit probeert Certis het middel Karma in Nederland toegelaten te krijgen. Karma is niets anders dan Kaliwaterstofcarbonaat en heeft zich in komkommer in Duitsland al bewezen. Voeg hierbij dat proeven met kalibicarbonaat in het gewas tomaat effectief zijn op tomatengalmijt dan moeten we iets anders naar onze spuitvloeistof kijken.

Zuren we de spuitoplossing van Floramite nog aan naar 5.4 a 5.5, misschien moeten we wel gaan logen. Want als Kalibicarbonaat of kaliloog, meststoffen zonder zichtbaar en inwendig residu en zonder de nadelige effecten van alle zepen en uitvloeiers, toch eens zouden werken. Grote vraag blijft doen ze dat ook en naar welk pH moeten we streven?